Daarom een bearded collie

We wilden in eerste instantie gewoon heel graag 'een' hond. Omdat we op zoek waren naar een maatje dat overal mee naar toe kan, een vriendje dat ons helpt om de voor ons zo broodnodige buiten-tijd te hebben en een lekkere troetel die ergens het midden houdt tussen je kindje en de andere beestjes. Een gezel om mee te spelen, te dollen, te knuffelen en veel en vaak samen mee (onder)weg te zijn.

Nu zijn wij beide in de eerste plaats ontzettende 'asielmensen'; zelfs onze cavia komt uit een knaagdierencentrum. We zijn geregistreerde 'noodopvangouders' (hoewel we er eerlijkheidshalve nog nooit een beestje van hebben langs gehad) en we 'geloven' erin dat je, áls je een dier wilt, éérst in het asiel moet gaan kijken bij alle dieren die andere mensen toch ineens niet meer wilden. Dat wil niet zeggen dat je je huis moet vullen met allerhande asieldieren, maar als je er dan toch voor gaat, ga dan voor zo'n poppie uit het dierenasiel. We zijn er dolgelukkig mee, want onze twee katjes Knorretje en Streep, beide als kittens opgehaald uit het asiel, zijn écht de liefste katten van de wereld, fantastische huisdieren. Daarvoor hoef ik dan geen grote, pluizige Maine Coon, geen prachtige, speelse Bengaal en ook niet zo'n Heilige Birmaan met van die mooie, felblauwe ogen. We vinden, met alle respect voor alle enorme kattenrassenliefhebbers, een kat toch gewoon vooral leuk vanwege z'n kat-achtige eigenschappen (Hij jaagt zo grappig op vliegjes! En hij purrrrrrt zo graag 's avonds een kwartiertje bij je op schoot! En hij staat je altijd met zo'n lief koppie aan te kijken als je thuiskomt... en ze spelen zo leuk samen!) en niet vanwege ras-specifieke kenmerken. En laten we eerlijk zijn; met zo'n instelling is het ook niet nodig om daar dan 300-1200 euro aan uit te geven.

Natuurlijk zijn we dus voor een hond ook eerst bij asiels gaan 'kijken' (veelal: de beschrijvingen van de dieren op de websites lezen) en rond gaan bellen, maar dat blijkt nog niet makkelijk. Honden in asiels hebben namelijk toch wel heel vaak de meest uiteenlopende 'gebruiksaanwijzingen'. Ze kunnen niet bij katten... of niet bij kleine kinderen... zijn 16 en verwachtten 13 te worden of blijven bij de deur staan wachten op hun overleden baasje. Dove honden, honden die niets meer zien en honden met allerhande vormen van ziekten. Dan heb je nog die met gedragsproblemen (en wij zijn geen experts!), zoals de honden die altijd lief zijn, behalve als er een hond met een knik in zijn staart of een kat met een streep op zijn rug langskomt, want daardoor zijn zij getraumatiseerd geraakt. Die, die absoluut-nooit-los-gelaten-mogen-worden-want-dan-ben-je-ze-écht-kwijt en dan krijg je nog de praktische bezwaren. Wij wilden bijvoorbeeld geen kleine hond, omdat we bang zijn dat die fijngestampt wordt op (bijvoorbeeld!) de markt op Blaak en we wilden geen enorm grote hond omdat we hem/haar ook makkelijk willen kunnen vervoeren zonder auto. Wij vonden het niet makkelijk. 

Na een heleboel 'dit willen we niet en dat al helemáál niet en dit is eigenlijk ook niet handig', kwamen we op het lumineuze idee om eens te gaan kijken naar wat we dan wel zouden willen (dat blijkt dan alsnog vaak te gaan vanuit wat je niet wilt). Dus we gingen redeneren. We willen:

  • een middelmaat formaat
  • een hond die niet alsmaar weg loopt omdat hij wat ruikt (dus geen jachthond, óók al zijn Beagletjes zó schattig)
  • een hond met een flink uithoudingsvermogen, want hij moet met ons mee kunnen, wat we ook gaan doen
  • een hond met een vriendelijk, zacht karakter
  • een hond die wél heel gek is op zijn baas; niet te autonoom, maar die toch ook even alleen thuis kan blijven als het nodig is.
  • een sociale hond, die prima een allemansvriendje kan zijn. Een hond, die gek is op mensen.
  • een hond die niet nerveus is en niet continu de oren van je kop blaft.

We hebben wel veel op websites gezocht naar wat dan een hond zou zijn die bij ons zou passen. Je gaat je dan verdiepen in eigenschappen die specifiek zijn voor soorten honden, ofwel 'rasgroepen'. Ik kwam erachter dat je 'tests' op internet kunt doen om te kijken welke hond bij je past, zoals deze. Opvallend was, dat van de vijf 'resultaten' die er naar boven kwamen, er wel drie 'schaapshonden' ofwel hoedende herdershonden waren. Mijn moeder kwam een avond langs en we hebben wat op internet zitten kijken naar diverse herdershonden, waaronder de Sheltie. We hebben met de tranen over de wangen rollend van het lachen deze website bekeken met de plussen en minnen van de Sheltie. Ik wil je echt adviseren om die site, puur voor je plezier, ook te bekijken als je in het bezit bent van enig inlevingsvermogen en in staat bent je in te beelden hoe de beschreven situaties er in de praktijk uit zien. Serieuzer hebben we gekeken naar de Briard, die wel wel heel aantrekkelijk vonden. Zijn karakter wordt op deze website beschreven als: Intelligent, leergierig, rustig in huis en actief buiten, niet nerveus, kindvriendelijk, gevoelig, waakzaam en alert. Precies wat we zoeken. De hoogte, zo rond de 62 centimeter, is ook wel ongeveer wat we zoeken. Op websites zoal hondenpage.nl vind je vaak beoordelingen met 'sterretjes' per raseigenschap en daar scoort de briard ook erg goed, kijk maar. Maar wat wèl steeds naar voren kwam, is dat de briard toch wel érg gericht is op het eigen gezin en lang niet altijd (natuurlijk ook vaak genoeg wel) interesse heeft in andere mensen buiten zijn gezin. Dat gaf toch een beetje een kriebelig gevoel, want wij willen juist heel graag een hele sociale hond, gek op iedereen. We hebben het een paar dagen laten rusten.

Op een moment kwam mijn vriend met de ipad naar me toe en zei: moet je dit eens zien. Deze fokker fokt briards, maar ook een ander ras, namelijk de 'bearded collie'. Misschien is dát wat voor ons... Ik had er nog nooit van gehoord en het heeft nog een dag of twee geduurd voordat ik deze hond eens ben gaan googlen. Wikipedia schrijft over de 'beardie' (want je komt er na een paar minuten al achter dat iedere bearded collie liefhebber zijn hond zo noemt) het volgende: Karakteristieken: Attent, levendig, vol zelfvertrouwen en actief. De Bearded Collie is een vrolijke, intelligente, enthousiaste, speelse en levendige hond met een zeer zachtaardig karakter. Temperament: Een evenwichtige, intelligente werkhond, zonder enige tekenen van nervositeit of agressie. Deze hond past zich goed aan zijn omgeving aan, is leergierig en is actief, zelfs tot op oudere leeftijd. Zijn zachte karakter maakt hem zeer geschikt voor een familie met kinderen of baasjes die voor het eerst een hond in huis nemen. Vlotte omgang met andere huisdieren is in de regel geen probleem. 

Dat klonk direct al fantastisch, alsof dat ras perfect voor ons was. We vroegen ons wel af of zoiets als 'perfect' wel echt bestaat en waarom dan niet iedereen een bearded collie heeft, dus we hebben toch eerst flink kritisch gekeken. Niet meer alleen op internet maar ook in de bieb en in contact met mensen met beardies. En wat blijkt? Het bestaat echt.

Ook de beardie scoort hoge ogen in allerlei 'sterretjes-'en andere beoordelingen, zoals bijvoorbeeld op hondenpage . Het lijkt wel alsof alle goede eigenschappen van de (schaaps)herdershonden in dit ras zijn samengevoegd: energiek, vrolijk, slim en alsof alle mindere kanten zijn weggelaten. Wel actief, maar niet nerveus, wel gek op de baas, maar ook oog voor anderen, ga zo maar door. Wat een tophond! Ineens bleek het uitkiezen van de hond heel makkelijk.